Dr. D.A.M.J. Theuns en F. Mol
Hoe ingenieus de moderne ICD ook is, de kans, dat hij onterecht afgaat, is niet uitgesloten. De reden daarvan is, dat de huidige ICD’s, die inmiddels door één of meerdere leads met het hart verbonden zijn, het ritme voornamelijk beoordelen op grond van de elektrische activiteit in het hart. Veranderingen in hartfrequentie, stabiliteit van het ritme en eventueel de relatie tussen kamer en boezem zijn criteria, op grond waarvan de ICD onderscheid maakt tussen een ritmestoornis vanuit de kamer of vanuit de boezem van het hart. Verder is er een kans dat er elektrische activiteit wordt waargenomen die niet relevant is, oversensing van signalen genaamd. Op grond van deze oversensing kan de ICD in een aantal gevallen toch een shock afgeven.
Momenteel werkt men aan een oplossing van dit probleem door het ontwikkelen van een nieuw type ICD. Dat gebeurt door de Universiteit van Cambridge en Dr. Andrew Grace van het Papworth Hospital. Zij werken daarbij samen met het Amerikaanse bedrijf Cameron Health uit San Clemente, Californië. In Nederland participeert het Erasmus Medisch Centrum te Rotterdam in dit onderzoek. Prof. dr. L. Jordaens is de belangrijkste medewerker in Nederland. Dr. D.A.M.J. Theuns vervult die functie voor Europa en dan met betrekking tot het herkennen van ritmestoornissen. In het onderzoek wordt samengewerkt met 3 Amerikaanse centra.
Oorspronkelijk was het de bedoeling een minder agressieve ICD te ontwikkelen voor de implantatie bij kinderen – 600 volt op een (kinder)hart is nu eenmaal geen prettige ervaring – maar Dr. Grace is momenteel de mening toegedaan, dat dit type ook een uitkomst kan betekenen voor volwassenen.
De ICD berust op de toepassing van de nieuwste ontwikkeling op het gebied van het herkennen van ritmestoornissen, namelijk morfologische discriminatie. Dat wil zeggen, de ICD beoordeelt de vormen van het signaal, net zoals de cardioloog een hartfilmpje beoordeelt. Dr. Theuns houdt zich momenteel met dit onderzoek bezig in samenwerking met enkele Amerikaanse cardiologen.
De implantatie is eveneens minder belastend. Deze ICD wordt namelijk niet door middel van draden aan het hart bevestigd, maar onder plaatselijke verdoving onderhuids in borst geplaatst.
Het zal nog wel enige tijd duren, eer het nieuwe apparaat op de markt wordt gebracht, want daaraan dient een grootschalig onderzoek vooraf te gaan. Daarmee wordt een aanvang gemaakt in de loop van 2006 want dan wordt het nieuwe type ICD in onderzoeksverband reeds geïmplanteerd bij een aantal patiënten in Europa. Tot de implantatiecentra behoren onder andere het Erasmus MC en enkele andere centra binnen Nederland. De doelgroep voor dit onderzoek is nauwkeurig omschreven. Niet alle hartpatiënten die nu in aanmerking komen voor een ICD, zijn eveneens geschikt voor dit nieuwe type.
(naar: New Scientist, BBC NEWS, 15 januari 2006).