Op deze pagina
Let op, dit artikel is langer dan 7 jaar geleden gepubliceerd. Informatie op deze pagina kan mogelijk achterhaald zijn.

Pacemaker detecteert slaapstoornis bij patiënt (oktober 2014)

Nieuwe generatie pacemakers van de Sorin Group

De nieuwe generatie pacemakers van de Sorin Group – de Kora100 MRI en de Reply200 – heeft de mogelijkheid om slaap-apneu’s en hypo-pneu’s te detecteren. Deze slaapstoornissen kunnen veel gezondheidsproblemen in het dagelijks leven veroorzaken. Het Diakonessenhuis Utrecht deed de eerste ervaringen op met deze pacemakers.

Auteur: Steven Schumm, technical & accountmanager Sorin Group

Slaap-apneu is een slaapstoornis waarbij tijdens de slaapperioden van een patiënt ademstilstand (apneu) of ernstig verzwakte ademhaling (hypo-pneu) voorkomt.

Er zijn twee typen slaap-apneu te onderscheiden. Het eerste type is Centraal Slaap-Apneu (CSA) waarbij het ademhalingscentrum in de hersenen niet voldoende prikkels afgeeft, waardoor de ademhaling onderbroken wordt. Het tweede type is Obstructief Slaap-Apneu (OSA). Hierbij ontstaat een blokkade van de luchtweg, vaak veroorzaakt door overgewicht, maar mogelijk ook door anatomische afwijkingen. Obstructieve slaap-apneu komt veruit het meest voor: bij 4 procent van de Nederlandse bevolking.

Belang van detectie

Iedereen heeft wel eens slaap-apneu’s. Het aantal slaap-apneu’s en hypo-pneu’s per uur wordt aangegeven met een AHI-index. Bij een AHI (Apneu en Hypo-pneu Index) van minder dan 5 – dus minder dan vijf apneu’s en/of hypo-pneu’s per uur – spreekt men van een normale slaapademhaling. Bij een AHI van 5 tot 15 is sprake van een licht slaap-apneu syndroom (SAS), bij 15 tot 30 van een matige tot ernstige SAS en boven de 30 van een ernstige SAS. Tijdens deze adempauzes zakt het zuurstofgehalte (O2) in het bloed en stijgt het koolzuurgehalte (CO2). Door het hoge koolzuurgehalte gaat de patiënt (vaak al snurkend) weer ademen en wordt wakker. Dit verschijnsel veroorzaakt een verstoorde nachtrust en kan overdag (extreme) vermoeidheid, prikkelbaarheid, concentratiestoornissen en spierpijn door spierverzuring veroorzaken. Andere beschreven gevolgen van obstructieve slaap-apneu zijn beïnvloeding van de rijvaardigheid, werkuitval, persoonlijkheidsveranderingen, libidovermindering, relatieproblemen en verminderde kwaliteit van leven.

Bij patiënten met matige tot ernstige SAS die niet behandeld wordt, komen hoge bloeddruk, hart- en vaatziekten en ritmestoornissen veel vaker voor. Atriumfibrilleren (boezemfibrilleren) komt bij patiënten met SAS bijvoorbeeld vier keer zo vaak voor. Bij patiënten met SAS is het risico op hartfalen 58 procent groter.

Vaak worden klachten echter niet (h)erkend en blijft onderzoek uit. Wanneer een huisarts het vermoeden heeft dat er sprake is van SAS, zal hij doorverwijzen naar een longarts of KNO-arts, die bij verdenking van SAS een slaaponderzoek kan verrichten. Hiervoor overnacht de patiënt in het ziekenhuis en wordt met speciale apparatuur (polysomnografie) gekeken naar onder andere de hartslag, het zuurstofgehalte in het bloed, de ademhaling, de hersenactiviteit en de spierspanning. Afhankelijk van de uitslag van dit onderzoek volgt een eventuele behandeling.

Als tijdig een diagnose (SAS) wordt gesteld en behandeling plaatsvindt, nemen de risico’s af en verminderen de symptomen.

Monitoring met pacemaker

De nieuwste generatie pacemakers van de Sorin Group kan deze slaap-apneu’s en hypo-pneu’s detecteren. De pacemaker kan iedere nacht een AHI maken. Daarnaast kan de pacemaker ook kijken of er ritmestoornissen zijn opgetreden. De opslagcapaciteit van de pacemaker is een halfjaar, zodat er over een langere periode gekeken kan worden hoe de slaap-apneu zich ontwikkelt.

Om de ademhaling in beeld te krijgen moet gebruik worden gemaakt van een ademhalingssensor. De pacemaker gebruikt de gegevens uit deze sensor om te zien of hij het hart sneller moet stimuleren, bijvoorbeeld omdat de patiënt in beweging is. De sensor registreert hoe snel en hoe diep de patiënt ademt en kan dus zien of er inspanning geleverd wordt. De pacemaker registreert de ademhalingsfrequentie en -diepte en daarmee ook wanneer iemand even niet ademt (apneu) of oppervlakkig ademt (hypo-pneu).

Al deze gegevens geven de cardioloog inzicht in de gezondheidstoestand van de patiënt. Zo kan het zijn dat medicijnen worden aangepast op basis van deze gegevens of dat er een verwijzing plaatsvindt naar een longarts of KNO-arts om te zien of de apneu’s behandeld moeten worden.

Gevolgen voor pacemaker

De Slaap-Apneu Monitoring (SAM) vraagt geen extra capaciteit van de pacemakerbatterij, omdat de ademhalingssensor die wordt ingezet voor het registreren van de apneu’s en hypo-pneu’s vaak al wordt gebruikt om de hartfrequentie bij inspanning te reguleren. Ondanks het kleine formaat heeft de pacemaker een levensduur die kan oplopen tot twaalf jaar.

Het monitoren van slaap-apneu’s heeft geen enkele invloed op het veilig functioneren van de pacemaker.

In principe kan de Reply200-pacemaker ook als vervangingspacemaker dienen. De cardioloog en pacemakertechnicus weten precies welke mogelijkheden er zijn met de pacemakerdraden die iemand heeft. De Kora MRI-pacemaker is alleen een MRI-veilig systeem met specifieke draden; deze zal dus minder snel gebruikt kunnen worden als vervangingspacemaker.

De nieuwe pacemakers hebben exact dezelfde grootte als de modellen zonder SAM: de eenkamer-pacemakers zijn slechts 7 cc en de tweekamer-pacemakers 8 cc en 6 millimeter dun, wat bijzonder klein is.

Meer info

• Nederlandse Vereniging Slaap Apneu Patiënten, www.apneuvereniging.nl

• Hersenstichting Nederland, www.hersenstichting.nl

• Sorin Group, www.soringroup.com; bij zoekopdracht Reply 200 invullen voor extra informatie

• Er zijn diverse ziekenhuizen die een eigen slaapcentrum hebben, waar uitgebreide informatie is te krijgen over dit onderwerp

Eerste ervaringen

De eerste pacemaker met de Slaap-Apneu Monitoring van de Sorin Group werd eind 2013 geïmplanteerd door dr. J.M. Hartog in het Diakonessenhuis in Utrecht. De implantatieprocedures zijn niet anders en duren niet langer dan die van een reguliere implantatie. Dr. Hartog: ‘Het belang voor cardiologen om slaap-apneu te kunnen detecteren bestaat eruit dat de gevolgen van apneu enorm groot zijn voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten. Bij patiënten met Obstructieve Slaap-Apneu is de kans op ziekten aan de kransslagaderen 60 procent groter en heeft men een 50 procent grotere kans op hartfalen. Bij patiënten met deze pacemakers kunnen we in een vroeg stadium aanwijzingen verkrijgen die ons aanleiding geven hen nader te onderzoeken op slaap-apneu. De eerste patiënten zijn al doorverwezen naar de longartsen voor verder onderzoek en behandeling. Deze nieuwe functionaliteit geeft ons nog meer inzicht in de gezondheidsstatus van de patiënt en levert een positieve bijdrage aan het tijdig signaleren en behandelen van patiënten met slaap-apneu.’

Artikelen: