Autorijden met een pacemaker (artikel 6.7.3. Regeling eisen geschiktheid 2000) Rijbewijzen groep 1 (A1, A2, A, B en B+E)Personen met een pacemaker kunnen op basis van een aantekening van een keurend arts geschikt worden verklaard voor een maximale termijn van tien jaar. Rijbewijzen groep 2 (C, C1, C+E, C1+E, D, D1, D+E en D1+E)Personen met een pacemaker zijn ongeschikt tot twee weken na implantatie.Na afloop van deze periode kunnen zij op basis van een aantekening van een keurend arts geschikt worden verklaard voor een maximale termijn van vijf jaar. Dat u pacemakerdrager bent, wordt niet met een aparte code vermeld op uw rijbewijs zoals bij ICD-dragers. Toch bent u juridisch alleen maar 100% gedekt als het CBR ervan op de hoogte is dat u een pacemaker hebt. Dat kunt u laten weten via een zogenaamde vrijwillige melding. Daarvoor moet u gebruikmaken van een Gezondheidsverklaring die u kunt kopen op het gemeentehuis of kunt invullen via www.mijn.cbr.nl. Daarop beantwoordt u de vraag: Heeft u een ziekte van uw hart of van uw bloedvaten? met ja. Vervolgens krijgt u een verzoek (per brief of digitaal) om een aantekening te laten plaatsen door een (onafhankelijke) arts. Dat hoeft niet per se een cardioloog te zijn. Uit de aantekening moeten de aard en ernst van de aandoening blijken. Deze aantekening stuurt u op naar het CBR en daar registreert men in uw dossier dat u pacemakerdrager bent. De geldigheidsduur van het rijbewijs is maximaal tien jaar voor het gebruik van rijbwijzen van Groep 1 en vijf jaar voor die van Groep 2. Voor verlenging geldt dezelfde procedure.